Fien kijkt in de spiegel.
Waarom ben ik zo gewoon, zo onopvallend, denkt ze.
Waarom heb ik geen grote bos met krullen of heel mooie, zwarte ogen?
Ze wou dat ze bijzonder was. Dat ze zou opvallen.
Dan hoort Fien dat de koningin bij haar op school op bezoek komt en ze knutselt gauw een mooie hoed. Want koninginnen houden van hoeden.
Fien is de koning te rijk. Maar al snel heeft ze er genoeg van: zo leuk is het niet om op te vallen. Ze wil weer gewoon Fien zijn. Voor de hoed vindt ze een geweldig nieuw thuis: bij de koningin!
© 2023 www.deboekencarrousel.nl - Powered by Shoppagina.nl